Fragment

MEINDERT
Tel jij wel ‘ns schapen ’s avonds?

STAN
Nee Meindert. Daar heb ik geen tijd voor.

Meindert schiet vol.

MEINDERT
Ik wel. Ze komen als ik slaap. Niet als ik wakker ben. Dus blijf ik maar wakker. Dan hoef ik ze tenminste niet in de ogen te kijken.

STAN
Wat is er nou? Wat heb jij? Je doet dit werk al twintig jaar en nu wordt ’t opeens teveel?

MEINDERT
Ja, ik geloof ’t wel. Teveel verwijtende blikken.

STAN
Van wie?

MEINDERT
Koeien, schapen, varkens…

STAN
Ach, hou toch op!

MEINDERT
…kippen. Ja, jij gelooft dat niet, hè?

STAN
Volgens mij zijn we uitgepraat. Of je springt nu als de sodemieter op je wagen, of…

De telefoon gaat.

Stan. Ja. Hoe bedoel je? Nee, die staat voor me. Wat? Waar? Nee, ik heb geen radio aan. Wat dan?

Stilte.

Ik begrijp ‘t.

Hij hangt op. Stilte.

De stad is vergeven van de koeien. ’t Is op het nieuws, zegt Alexander. Bussen worden geblokkeerd. D’r is geloof ik markt vandaag. Waar staat je wagen?

MEINDERT
Ik wilde wel. Iets in me wilde nog wel. Iets verstandelijks. Maar m’n voet weigerde. Kreeg dat gaspedaal maar niet ingetrapt. Een heftige lichamelijke reactie. Midden in de stad. Ergens voor een stoplicht. Stond ik. Ben uitgestapt. Auto’s toeterden. Zoals dat gaat. Ik liep langs de wagen, nergens naartoe eigenlijk. En door de spleten keken ze me aan. Koeien. Misschien keken ze gewoon, maar ik voelde een bepaalde… spanning. Of een magnetisch veld. Alsof die blikken me vasthielden. En ik wilde ’t niet. Iets in me wilde ’t niet. Iets verstandelijks. Maar voor ik ’t wist had ik de laadklep laten zakken en liepen de koeien de straat in. Gedwee. Alsof ze al bij het slachthuis waren. Ik liep met ze mee. Toevallig. Ik ging dezelfde kant op. Ik begeleidde ze niet, bedoel ik. Ze volgden me gewoon. Het toeteren hield op. De mensen werden stil. Het was zo vredig. Na een paar honderd meter begonnen de koeien zich te verspreiden. De eerste liep een supermarkt in. En iets in me zei dat dat eigenlijk niet kon.

STAN
Iets verstandelijks.

MEINDERT
Maar op dat moment klopte ‘t gewoon. Ook voor een koe openen schuifdeuren zich. Een schuifdeur maakt geen onderscheid tussen mens en dier. En ik was ontroerd toen ik dat zag. Daar had ik nooit bij stilgestaan.